Armoede en schulden; oplossen doen we samen

In Nederland hebben ruim een miljoen mensen moeite om rond te komen. Ruim 400.000 mensen hebben problematische schulden. Dat is een voorzichtige schatting. De cijfers die de Algemene Rekenkamer gebruikt zijn veel hoger.

Per jaar helpen we met alle inzet en goede bedoelingen nog geen 10.000 mensen aan een schone lei.. Veel ZZP’ers bouwen geen pensioen op. En velen verzekeren zich niet tegen arbeidsongeschiktheid. De huren en zorgkosten zijn sterk gestegen. Armoede onder kinderen is een groeiend probleem en zorgt voor uitsluiting en minder kansen.

Gemeenten hebben voldoende geld om armoede te bestrijden. Maar ze ‘vinden’ slechts een deel van de doelgroep. En maken de toegang tot regelingen vaak nodeloos ingewikkeld. Tegelijkertijd krijgen bijstandsgerechtigden die de weg naar alle regelingen wel weten te vinden te maken met een enorme armoedeval zodra ze gaan werken. Dit gaat niet goed in Nederland. En dit gaat niet goed in veel gemeentes.

Wat ons betreft bestaat er hier geen links of rechts of progressief of conservatief. Er bestaat niet eens een verschil tussen coalitie en oppositie. Er bestaan alleen concrete en zeer actuele zorgen van heel veel mensen. Daar moeten we iets aan doen. Zowel vanuit Den Haag als via gemeenten. En met meer daadkracht dan tot nu toe. En laten we eerlijk zijn. Een behoorlijk deel van die problemen wordt door de overheid zelf, met al haar goede bedoelingen, gewoon veroorzaakt.

Tachtig procent van de vragen aan sociale wijkteams gaat over financiële problemen. Nog los van de stress gerelateerde zorgvragen die daar nog achter vandaan komen. Schulden vormen een dominante problematiek, belemmeren burgers om mee te doen en brengen hoge maatschappelijke kosten met zich mee. Er bestaat bovendien een grote samenhang tussen schulden en problemen op andere leefgebieden als zorg, wonen, welzijn en gezondheid. Het is heel goed mogelijk dat een effectieve aanpak op het gebied van armoede / schulden enorme positieve impact heeft op overige leefgebieden.

Het oplossen van schuldenproblematiek hoeft niet eens meer geld te kosten. Maar kan wel heel veel (economische) winst opleveren.

Voor het eerst in de geschiedenis staan in het regeerakkoord concrete maatregelen die armoede- en schuldenproblematiek aanpakken. Er wordt fors geld vrijgemaakt om armoede te bestrijden en schulden te voorkomen. Misstanden in de incasso-industrie worden aangepakt. Incassokosten aan banden gelegd. En aan de eindeloze stapeling van boetes komt een einde. Dat is mooi.

Maar ook van gemeentes wordt het een en ander verwacht. Op het gebied van schuldhulpverlening valt veel te verbeteren. En het is belangrijk dat mensen snel gevonden en geholpen worden. Het liefst voor dat de problemen uit de hand kunnen lopen.

Veel politieke partijen schrijven op dit moment hun verkiezingsprogramma. Hoe mooi zou het zijn als schulden en armoedeproblematiek, net als in Den Haag, een prominente plaats zou krijgen in het beleid van iedere gemeente.

 

Rene Peters
Marti de Brouwer

 

Marti de Brouwer is namens het CDA gemeenteraadslid in Tilburg en werd IN 2016 verkozen tot politicus van het jaar.

Rene Peters is Tweede Kamerlid namens het CDA en was daarvoor zes jaar wethouder in Oss.

Ledenvergadering stelt kandidatenlijst ongewijzigd vast.

Tijdens de algemene ledenvergadering van 26 oktober hebben de leden van het CDA de kandidatenlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen vastgesteld.  Hierbij hebben zij geen wijzigingen aangebracht ten opzichte van de conceptlijst zoals deze is voorgedragen door de selectiecommissie.

De definitieve kieslijst van het CDA ziet er als volgt uit:

01. Erik de Ridder
02. Marcel van den Hoven
03. Ineke Couwenberg
04. Ton Gimbrère
05. Marti de Brouwer
06. Joost van Puijenbroek
07. Anne Zouridis-Veldhoven
08. Hans van de Ven
09. Rosanne Franken
10. Livia Hendriks
11. Amber Bindels
12. Lucas van de Winkel
13. Sabine Richards
14. Anouk van de Sanden
15. Cécile van Berkel
16. Claudia Dankers
17. Peter van Iersel
18. Fred van Iersel
19. Woody Huitema
20. Sjef Robben
21. Theo van Eekelen
22. Johan Klaassen
23. Rianne Allard
24. Jan Zweekhorst
25. Ernst van Welij
26. Marco Stevens
27. Natascha van Renswouw
28. Marlies Scheepens-van Dijk
29. Marcel Deryckere
30. Dave Ensberg-Kleijkers

Wij danken de selectiecommissie voor het verzette werk en wensen de kandidaten veel succes met het vieren van de campagne.

CDA presenteert kandidatenlijst vol Tilburgse smaakmakers

Het CDA in Tilburg heeft vanavond haar kandidatenlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen gepresenteerd. “Een lijst vol Tilburgse smaakmakers”, aldus afdelingsvoorzitter Marco Stevens.

Achter lijsttrekker Erik de Ridder staat fractievoorzitter Marcel van den Hoven op plaats 2. Van den Hoven is onderwijsbestuurder bij SKOPOS en tevens vicevoorzitter van de Tilburgse gemeenteraad.

Hoogste nieuwkomers zijn Ineke Couwenberg (plaats 3) en Ton Gimbrère (plaats 4). Couwenberg is momenteel commissielid voor het CDA in de Tilburgse gemeenteraad. Daarnaast is zij werkzaam bij accountantskantoor ABAB. Gimbrère, die vorige maand nog de Zilveren Legpenning van de gemeente Tilburg ontving, is ondernemer en voormalig directeur van de Bonheur Horeca Groep.

Op plaats 5 staat zittend raadslid Marti de Brouwer, die in 2016 werd uitgeroepen tot ‘Politicus van het Jaar’. Hij wordt gevolgd door Joost van Puijenbroek, zittend raadslid en fractiespecialist financiën, op 6. Van Puijenbroek geeft les aan het ROC Tilburg.

Aanstormend politiek talent Anne Zouridis, voorheen werkzaam voor de Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging (BZW) en thans in dienst bij de gemeente Oss, staat op plaats 7.

De top tien wordt gecompleteerd door drie nieuwe gezichten: Hans van de Ven (8), Rosanne Franken (9) en Livia Hendriks (10).

Op de kandidatenlijst van het CDA staan in totaal 30 kandidaten. Lijstduwer is Dave Ensberg-Kleijkers, bestuursvoorszitter van Biezonderwijs, opiniemaker en auteur van het boek ‘Bezielde Beschaving’.

Lijsttrekker Erik de Ridder over zijn CDA-sterrenteam: “Ik ben razend enthousiast over deze kandidatenlijst, die een mooie mix is van ervaring én vernieuwing. Stuk voor stuk maatschappelijk betrokken Tilburgers en echte smaakmakers in stad en dorp. Ik verheug me op een mooie campagne en dito verkiezingsresultaat”.

De kandidatenlijst is tot stand gekomen op voorspraak van een commissie o.l.v. oud-afdelingsvoorzitter René Vrieling en voormalig wethouder Els Aarts. De leden van het CDA stemmen op 26 oktober a.s. over de lijst, waarna deze definitief is.

De volledige kandidatenlijst zoals die aan de leden van het CDA Tilburg wordt voorgelegd is als volgt:

01. Erik de Ridder
02. Marcel van den Hoven
03. Ineke Couwenberg
04. Ton Gimbrère
05. Marti de Brouwer
06. Joost van Puijenbroek
07. Anne Zouridis-Veldhoven
08. Hans van de Ven
09. Rosanne Franken
10. Livia Hendriks
11. Amber Bindels
12. Lucas van de Winkel
13. Sabine Richards
14. Anouk van de Sanden
15. Cécile van Berkel
16. Claudia Dankers
17. Peter van Iersel
18. Fred van Iersel
19. Woody Huitema
20. Sjef Robben
21. Theo van Eekelen
22. Johan Klaassen
23. Rianne Allard
24. Jan Zweekhorst
25. Ernst van Welij
26. Marco Stevens
27. Natascha van Renswouw
28. Marlies Scheepens-van Dijk
29. Marcel Deryckere
30. Dave Ensberg-Kleijkers

Korting subsidie

Geachte dames, heren,

Hierbij beantwoorden wij de raadsvragen die door het raadslid mevrouw C. van Berkel zijn gesteld op grond van artikel 47 van het Reglement van Orde gemeenteraad Tilburg 2013. De vragen gaan over philharmonie zuidnederland en zijn ontvangen op 11 september 2017.

Vraag 1
Bent u gekend in het besluit van Provinciale Staten betreffende deze korting? Zo ja, wat was uw antwoord. Zo nee, wat vindt u hiervan?

Antwoord 1
Nee. De financiering van philharmonie zuidnederland geschiedt vanuit de provincie. Zij heeft hierin een eigenstandige verantwoordelijkheid. Wij gaan ervan uit dat op het eerst volgende bestuurlijk overleg van BrabantStad, eind september, de gedeputeerde hierop een toelichting zal geven.

Vraag 2
Is bekend of en zo ja, welke (financiële en culturele) gevolgen er zijn voor Tilburg?

Antwoord 2
Nee. De provincie heeft in de afgelopen vijf jaar een extra bijdrage aan philharmonie zuidnederland toegekend. Dit was tijdelijk voor de periode 2013-2016, daarna 1-jarig voor 2017 met daarbij de melding dat GS later zou besluiten over 2018-2020. De activiteiten als symfonische muziekvoorziening, voor cultuureducatie en operabegeleiding kunnen, naar het oordeel van GS, ook na de vermindering van de subsidie worden uitgevoerd.

Vraag 3
De bezuiniging gaat al in in het jaar 2018. Zijn er boekingen voor podia in Tilburg vanuit Philharmonie Zuid-Nederland? Wanneer deze niet door kunnen gaan, wat zijn de consequenties en voor wie?

Antwoord 3
Ja, in Theaters Tilburg zijn er boekingen. Theaters Tilburg laat ons weten dat de al gemaakte afspraken met philharmonie zuidnederland voor het jaar 2018 niet onder druk staan. Recent is zelfs onderling gesproken over mogelijk intensievere samenwerking.

Vraag 4
Vanuit de Provincie Limburg wordt aangegeven dat ‘Talentontwikkeling bijna niet meer mogelijk is evenals vernieuwing. En educatie van Brabantse jongeren bijna helemaal wordt geschrapt’. Kunt u aangeven of wat de Provincie Limburg aangeeft ook voor Tilburg geldt? Zo ja, waar en hoe? Zo niet, waarom niet?

Antwoord 4
Het kan zijn dat een deel van het cultuur-educatieve aanbod dat het orkest verzorgt onder druk komt te staan of komt te vervallen. Ander aanbod aan talentontwikkeling, zoals bijvoorbeeld door de Kunstbende wordt verzorgd en Cultuureducatie met Kwaliteit, staan in Tilburg geenszins onder druk. Integendeel, in het kader van het Cultuurplan Tilburg 2017-2020 wordt er juist extra in cultuureducatie geïnvesteerd. Ook ontwikkelen alle Tilburgse instellingen in samenwerking met elkaar of zelf activiteiten op het gebied van cultuureducatie en talentontwikkeling. De situatie in Tilburg is derhalve anders dan die van de provincie Limburg.

Vraag 5
Heeft Tilburg met de andere Brabantse cultuursteden (Eindhoven, Den Bosch, Breda,e.a.) overleg met de Provincie over dit onderwerp? Zo niet, waarom niet. Indien wel, wat gaat u bepleiten?

Antwoord 5
Zie ons antwoord bij vraag 1. Uit de berichten die wij tot dusver hebben vernomen uit de media, is het juist de bedoeling van de provincie om cultuureducatie en talentontwikkeling op het gebied van klassieke muziek een nieuwe impuls te geven in de provincie. Het budget voor klassieke en hedendaagse symfonische muziek wordt gehandhaafd. Wat daarvan in Tilburg ‘neerdaalt’ kunnen wij op dit moment niet overzien.

Vraag 6
Heeft het korten van de subsidie op zo’n korte termijn nog (andere) consequenties voor de culturele en onderwijssector in Tilburg?

Antwoord 6
Niet dat ons bekend is.
Wij nemen aan u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Het college,

M.J.M. Meijs                                                                                mr. P.G.A. Noordanus
de gemeentesecretaris                                                                de burgemeester

Initiatiefvoorstel -Business to creativity (komt 23 oktober in de commissie)

Initiatiefvoorstel – Business to creativity

Aanleiding

Tilburg zet met haar beleidsplan in op de makers van deze stad. Met vaststelling van het nieuwe Cultuurplan 2017-2020 heeft de gemeenteraad hiervoor extra middelen vrijgemaakt. Binnen de culturele sector hebben makers het niet altijd even makkelijk. Het vinden van financiering voor projecten, het krijgen van steun blijkt soms lastig te zijn. Soms door beperkende subsidiekaders, soms door onbekendheid met de middelen die beschikbaar zijn. De culturele sector kan vanuit verschillende instanties ondersteuning krijgen om bepaalde subsidies te verkrijgen. Maar de behoefte van makers bestaat niet altijd uit verkrijging van subsidies. Ook het verkrijgen van kennis en kunde van ondernemerschap is een behoefte bij verschillende makers. Andersom geeft het bedrijfsleven aan laagdrempelig kennis te willen maken met makers voor bijvoorbeeld een vernieuwende blik of het zogenaamde omdenken.

Voor deze wisselwerking tussen makers en bedrijfsleven is ook oog in het beleidsplan. Hierin is als beleidsdoel bepaald: het bevorderen van de samenwerking van de culturele sector en het bedrijfsleven.

Dit is verder uitgewerkt in de actie: onderzoek naar marktpartijen die expertprogramma’s ontwikkeld hebben voor directe samenwerking van bedrijfsleven met culturele sector en omgekeerd.

Met dit initiatiefvoorstel wordt aan het college opdracht gegeven om te laten onderzoeken of een laagdrempelig platform waar de culturele sector en het bedrijfsleven elkaar kunnen ontmoeten in Tilburg gerealiseerd kan worden. Anders dan dus al in het beleidsplan bepaald gaat het om een laagdrempelig platform waar ontmoeting op basis van behoefte plaats kan vinden. Het hoeft dus niet te resulteren in samenwerking, maar de ontmoeting kan wel plaatsvinden. Vervolgens zal het college een voorstel hierover aan de raad inclusief dekkingsvoorstel presenteren.

Advies

Het college opdracht geven om:

  • Te onderzoeken op welke wijze een laagdrempelig platform gevormd kan worden in Tilburg en hiertoe één voorstel te presenteren aan de raad voor 1 december 2017;
  • Na keuze van een voorkeursvariant door de raad ten minste drie bijeenkomsten te (laten) organiseren als pilot;
  • vervolgens een voorstel tot 2020, inclusief dekkingsvoorstel, aan de raad voor te leggen.

Argumenten

  1. Makers vinden het moeilijk een goed plan op te stellen. Het bedrijfsmatig denken en vertalen van een project of idee is belangrijk om de kans op succes te vergroten maar is geen kerntaak van makers. Hierin kunnen ze leren van het bedrijfsleven.
  1. Lang niet alle makers beschikken over een goed netwerk of bevinden zich in een netwerk binnen de eigen sector en leggen lastiger contact met andere sectoren. En ook voor het bedrijfsleven kunnen makers van waarde zijn binnen hun netwerk. Deze werelden kunnen laagdrempelig bij elkaar gebracht worden om van elkaar te leren en zo elkaars ondernemerschap sterker te maken.
  1. Makers kunnen toe zijn aan een volgende stap en dan is er geen loket of een onbekend loket waar ze terecht kunnen. Denk bijvoorbeeld aan doorstarters of net afgestudeerden. Binnen de culturele sector zijn het vaak dezelfde namen die terugkomen en deze vinden door hun bekendheid makkelijker hun weg dan anderen.
  2. Er zijn een aantal methoden die in het bedrijfsleven worden toegepast voor bijvoorbeeld start-ups waar ook makers veel van kunnen leren. Door het bedrijfsleven en de culturele sector meer bij elkaar te brengen kunnen ze ervaringen en kennis hierover delen.

Bijlage

Met dank aan

Dit voorstel is mede tot stand gekomen na gesprekken met:

Jan Gevers – voorzitter Cultuurfonds

Edward van de Pol – Starterslift

Maurice Dujardin – De Nieuwe Vorst

Frens Frijns – 013

Jelena Kostic – choreografe Dans

Esther Ijzer – Hal 88

Namens het CDA,

Cecile van Berkel

CDA blij met voordracht Weterings

Het CDA Tilburg is blij met de voordracht van Theo Weterings (VVD) voor burgemeester van Tilburg, Berkel-Enschot en Udenhout. Met dhr Weterings halen we wederom een bestuurlijk zwaargewicht naar onze stad. De heer Weterings heeft zijn sporen in Tilburg al verdiend. Niet alleen is hij geboren in Tilburg. ook studeerde hij hier en zette hij zijn eerste bestuurlijke stappen als raadslid binnen onze gemeenten.

“We verwelkomen Theo Weterings terug in zijn geboortestad en kijken uit naar een prettige samenwerking in de komende jaren.” aldus Erik de Ridder, wethouder en lijsttrekker van het CDA Tilburg.

Raadsvragen over schade aan groen en bestrating NS plein

Geachte dames, heren,

Hierbij beantwoorden wij de raadsvragen die door het raadslid mevrouw C. van Berkel zijn gesteld op grond van artikel 47 van het Reglement van Orde gemeenteraad Tilburg 2013. De vragen gaan over schade aan groen en bestrating NS plein en zijn ontvangen op 8 augustus 2017.

Vraag 1
Welke afspraken zijn er gemaakt met de ondernemer die dit gebied heeft gebruikt voor zijn attractie?

Antwoord 1
 De verpachtingvoorwaarden alsmede de daarbij behorende bijlagen zenden wij aan de exploitant als bijlage mee bij de inschrijving. In de betreffende bijlage is opgenomen dat het verboden is de inrichting van de openbare ruimte te beschadigen dan wel open te breken.
 Daarnaast is vermeld dat de exploitant de attracties en wagens geheel moet verwijderen en dat de exploitant de kermisstandplaats in de oorspronkelijke staat moeten terugbrengen, uiterlijk op dinsdag na afloop van de kermis om 12.00 uur. Als dit niet gebeurt geschiedt het ontruimen en het in de vorige staat brengen van het gebruikte terrein door de gemeente voor rekening van de exploitant.
 Ook wijzen wij in een persoonlijk gesprek de exploitanten er ruim voor aanvang van de kermis op dat zij noch het groen noch de bestrating mogen beschadigen.

Vraag 2
Hoe groot is de schade?

Antwoord 2
Jaarlijks houden wij voorafgaand aan de kermis een voorschouw voor o.a. het groen. Hiermee maken we voorafgaand aan het evenement een opname van eventuele schade die al voor aanvang van de kermis aanwezig is. Hiermee vrijwaren we de exploitant ook van eventuele onjuiste aannames dat bepaalde zaken door de kermisattractie zouden zijn veroorzaakt. Direct na afloop van de kermis vindt een naschouw plaats.
Zo ook dit jaar. Uit de naschouw is gebleken dat de schadepost aan zowel het groen als de bestrating c.q. straatmeubilair over de totale kermis ong. € 10.000,00 bedraagt.

Vraag 3
Wie betaalt deze schade?

Antwoord 3
Mocht uit de naschouw blijken dat de kermisexploitant schade aan het groen of bestrating op het NS plein heeft veroorzaakt, dan wordt deze in rekening gebracht bij de betreffende ondernemer.
Is de veroorzaker niet bekend, dan worden de kosten betaald uit het kermisbudget.

Vraag 4
Wanneer wordt de schade hersteld? Snelheid van opknappen plein is belangrijk voor omliggende ondernemers en bewoners.

Antwoord 4
Bij schade aan het groen, herstellen we deze afhankelijk van het plantseizoen. Schade aan de bestrating c.q. straatmeubilair wordt na de naschouw direct opgepakt.

Vraag 5
Hoe is deze schade in de toekomst te voorkomen?

Antwoord 5
We hebben en vragen voortdurend aandacht voor de bescherming van groen en bestrating in de openbare ruimte, ook tijdens de Tilburgse kermis. Ook in de toekomst kunnen we echter niet garanderen dat exploitanten in de binnenstad tijdens de kermis geen enkele schade aan het groen of het straatmeubilair veroorzaken.
Wel verwachten we dat we dergelijke schade zo veel mogelijk kunnen beperken door het consequent uitvoeren van een voor- en naschouw (van zowel het groen als van het straatmeubilair) en het consequent doorbelasten van herstelkosten aan de veroorzaker van de schade.

Wij nemen aan u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Het college,

M.J.M. Meijs                                                               mr. P.G.A. Noordanus
de gemeentesecretaris                                               de burgemeester